Seminarie van het gezelschap

Werkjaar 2017-2018

“Le désir de l’autre”: over het statuut van het Gezelschap als Ander


 


Het verlangen van de mens is het verlangen van de ander. Hegel stelt, in zijn Fenomenologie van de Geest, dat de mens, ten einde zijn dierlijke, objectale natuur te overstijgen en mens te worden, hij iets moet verlangen wat niet objectaal van aard is. Om mens te worden moet de mens de afwezigheid van object verlangen, en die afwezigheid is het verlangen zelf. Een mens verlangt het verlangen van de ander. Meer zelfs, hij verlangt verlangd te worden door die ander. En niet alleen wil hij verlangd worden, hij wil bovendien verlangd worden als de hoogste waarde voor dat verlangen van de ander – wat neerkomt op het volgende: hij wil door de ander erkend worden als mens, als de hoogste waarde voor het menselijk verlangen. De erkenning, het verlangd worden door een ander als een wezen dat zelf het verlangen verlangt, is wat ons tot mens maakt – en daarvoor hebben we de ander nodig.


De kwestie van de erkenning willen wij dit jaar terug op de agenda plaatsen in het Gezelschap. Enkele jaren geleden werd de Werkgroep Analytici opgeschort. In de plaats daarvan kwam het Atelier voor Psychoanalyse, ten einde de analytische positie te blijven ondervragen. Recent werd ook de erkenningsprocedure voor Psychoanalytisch Psychotherapeuten afgeschaft. Hiermee kwam er binnen het Gezelschap een einde aan de formele erkenningsprocedures, waarvan bij de ene de motor al jaren stil lag, en bij de andere hij nog af en toe sputterde, zonder al te veel roet te produceren. De erkenning is echter zo fundamenteel menselijk, dat zij in de verhouding tussen de leden en de vereniging alsnog haar sluipwegen vindt. De erkenning zal dus niet zomaar verdwijnen binnen het Gezelschap, maar haar plaats dreigt wel onbepaald te worden.


Een vraag naar erkenning ten aanzien van een analytische vereniging – wat kan zulks ons leren over het eigen verlangen? Is een formele erkenningsprocedure werkelijk nodig om iets over het verlangen van de analyticus te leren? Deze vraag naar het statuut van de erkenning zullen wij binnen het Seminarie onderzoeken door haar om te keren: hoe erkent iemand het Gezelschap als vereniging? Wat is haar statuut als Ander? Iedereen passeert langs deze vraag tijdens de onthaalavond, maar dit is slechts één passage. Men kan zich makkelijk voorstellen dat de verhoudingen veranderen en het statuut van het Gezelschap wijzigt doorheen het leven van een lid. Daarom laten wij bij elke bijeenkomst iemand aan het woord met een particuliere verhouding ten aanzien van het Gezelschap: jonge leden, oude leden, ex-leden, oude-bekenden-maar-toch-geen-leden. Hoe erkennen zij het Gezelschap? Waarom sluiten ze zich wel, niet of niet meer aan? Deze vraag om een getuigenis wordt bovendien gekoppeld aan een tekst die zij zelf kiezen en op één of andere manier gerelateerd is aan de wijze waarop zij zich verhouden ten aanzien van de vereniging. De bijeenkomsten zullen doorgaan op volgende maandagavonden: 22/1, 19/2, 19/3, 16/4 en 14/5.
Ook na de zomeronderbreking doen we verder op de volgende data: 7/9, 12/10 en 23/11.


In de marge van dit seminarie wensen wij bovendien ook een cartel te organiseren rond het boek “La passe de Lacan” van Francis Hofstein. Dit boek handelt over Lacans uitwerking van de passe als een instrument om de passage van de positie van analysant naar die van analyticus te ondervragen en de transmissie van de psychoanalyse te garanderen. De passe heeft vanaf haar conceptie voor nogal wat beroering gezorgd: beoogt zij een benoeming? Een erkenning? Of nog iets daar voorbij? Met deze vragen willen wij aan de slag gaan rond dit werk. Wie zich wenst te engageren voor het seminarie en/of deel wenst te nemen aan het cartel mag steeds contact opnemen met David Schrans (david.schrans@gmail.com).

Werkjaar 2016-2017

Zeven avonden met Freud
Het vraagstuk van de lekenanalyse
Gesprekken met een onpartijdige, 1926


 


Naast  het praktische werk in het organiseren van activiteiten van het Gezelschap, zijn de deelnemers aan de vergadering van de Raad van Bestuur de laatste jaren blijvend discuterende rond vragen met betrekking tot onze vereniging: wat het is om lid te zijn van het Gezelschap, is er er een andere vereniging mogelijk dan op basis van imaginaire identificatie (cfr. de wegwerktekst), wat het kan zijn om ons te ‘ver-een-igen’, waarrond ons verenigen en/of samen aan het werk zijn, …?


Het bezig zijn met deze vragen ressorteert een effect op de organisatie van- en producties uit ‘oude’ activiteitenformules (bv interkarteldag, onthaal, I-AEP, Algemene Vergadering, BBQ…) en genereert ook nieuwe vormen van aan het werk zijn rond psychoanalyse en psychotherapie (bv extiem; het atelier, in zijn veranderende vormen; wegwerkgroepen, …). De vraag van de articulatie tussen ‘binnen’ en ‘buiten’ (de vereniging, de psychoanalyse, het subject, …) is daarbij nooit ver weg of staat soms expliciet in het midden.


Vanuit deze beweging nemen vele deelnemers van de raad van Bestuur het initiatief tot het inrichten van een seminarie van het Gezelschap, enkel voor leden van het Gezelschap, vanuit een verlangen een samen gedragen werk te verrichten, dat als basis kan dienen om uit te wisselen met uitgenodigde sprekers van buiten onze vereniging, die ons rond een thema of tekst kunnen bevragen en/of bevruchten met een inhoudelijke insteek en discussie. Met het in het leven roepen van deze werkvorm laten we, minstens voorlopig, de klassieke formule van de lezingencyclus varen.


Inhoudelijk werd gekozen om samen Freud te lezen. De keuze voor ‘de lekenanalyse’ was er één uit de vele interessante mogelijkheden uit het rijke oeuvre van één van de beide basisauteurs waarnaar het Gezelschap refereert. ‘De lekenanalyse’ is vooreerst een boeiende en levendige uiteenzetting van wat psychoanalyse is: klinisch werk met een centrale plek voor het onbewuste en de seksualiteit.


Daarnaast wordt deze tekst weer actueel in het licht van de huidige maatschappelijke context, waarin men beleidsmatig een hegemonie van het medisch-wetenschappelijk kader in de geestelijke gezondheidszorg probeert op te leggen. Na een aanklacht van kwakzalverij tegen Reik, wegens het behandelen van patiënten als niet-arts, poogt Freud aan ‘de onpartijdige’ de psychoanalytische theorie en praktijk uitvoerig uit de doeken te doen en te argumenteren waarom hij voor de psychoanalyticus expliciet het lekenstatuut verdedigt.
Gezien het ontkiemstadium van dit initiatief is de naam van de externe spreker voor dit werkjaar nog niet bekend. Hij of zij zal in de laatste helft van het werkjaar worden uitgenodigd, nadat we reeds een stevige brok ‘lekenanalyse’ achter de kiezen hebben.

Data
19 oktober, 16 november, 7 december, 18 januari, 22 februari, 26 april, 31 mei
telkens van 20u30-22u30


Locatie 
PC Gent-Sleidinge (Fratersplein 9, 9000 Gent)
(locatie St-Jan De Deo, Lieven Bauwenszaal)


Inschrijven
Bij Dries Roelandts