Uitnodiging voor het Seminarie van het Gezelschap
“Le désir de l’autre”: over het statuut van het Gezelschap als Ander
Het verlangen van de mens is het verlangen van de ander. Hegel stelt, in zijn Fenomenologie van de Geest, dat de mens, ten einde zijn dierlijke, objectale natuur te overstijgen en mens te worden, hij iets moet verlangen wat niet objectaal van aard is. Om mens te worden moet de mens de afwezigheid van object verlangen, en die afwezigheid is het verlangen zelf. Een mens verlangt het verlangen van de ander. Meer zelfs, hij verlangt verlangd te worden door die ander. En niet alleen wil hij verlangd worden, hij wil bovendien verlangd worden als de hoogste waarde voor dat verlangen van de ander – wat neerkomt op het volgende: hij wil door de ander erkend worden als mens, als de hoogste waarde voor het menselijk verlangen. De erkenning, het verlangd worden door een ander als een wezen dat zelf het verlangen verlangt, is wat ons tot mens maakt – en daarvoor hebben we de ander nodig.
De kwestie van de erkenning willen wij dit jaar terug op de agenda plaatsen in het Gezelschap. Enkele jaren geleden werd de Werkgroep Analytici opgeschort. In de plaats daarvan kwam het Atelier voor Psychoanalyse, ten einde de analytische positie te blijven ondervragen. Recent werd ook de erkenningsprocedure voor Psychoanalytisch Psychotherapeuten afgeschaft. Hiermee kwam er binnen het Gezelschap een einde aan de formele erkenningsprocedures, waarvan bij de ene de motor al jaren stil lag, en bij de andere hij nog af en toe sputterde, zonder al te veel roet te produceren. De erkenning is echter zo fundamenteel menselijk, dat zij in de verhouding tussen de leden en de vereniging alsnog haar sluipwegen vindt. De erkenning zal dus niet zomaar verdwijnen binnen het Gezelschap, maar haar plaats dreigt wel onbepaald te worden.
Een vraag naar erkenning ten aanzien van een analytische vereniging – wat kan zulks ons leren over het eigen verlangen? Is een formele erkenningsprocedure werkelijk nodig om iets over het verlangen van de analyticus te leren? Deze vraag naar het statuut van de erkenning zullen wij binnen het Seminarie onderzoeken door haar om te keren: hoe erkent iemand het Gezelschap als vereniging? Wat is haar statuut als Ander? Iedereen passeert langs deze vraag tijdens de onthaalavond, maar dit is slechts één passage. Men kan zich makkelijk voorstellen dat de verhoudingen veranderen en het statuut van het Gezelschap wijzigt doorheen het leven van een lid. Daarom laten wij bij elke bijeenkomst iemand aan het woord met een particuliere verhouding ten aanzien van het Gezelschap: jonge leden, oude leden, ex-leden, oude-bekenden-maar-toch-geen-leden. Hoe erkennen zij het Gezelschap? Waarom sluiten ze zich wel, niet of niet meer aan? Deze vraag om een getuigenis wordt bovendien gekoppeld aan een tekst die zij zelf kiezen en op één of andere manier gerelateerd is aan de wijze waarop zij zich verhouden ten aanzien van de vereniging. De bijeenkomsten zullen doorgaan op volgende maandagavonden: 22/1, 19/2, 19/3, 16/4 en 14/5.
In de marge van dit seminarie wensen wij bovendien ook een cartel te organiseren rond het boek “La passe de Lacan” van Francis Hofstein. Dit boek handelt over Lacans uitwerking van de passe als een instrument om de passage van de positie van analysant naar die van analyticus te ondervragen en de transmissie van de psychoanalyse te garanderen. De passe heeft vanaf haar conceptie voor nogal wat beroering gezorgd: beoogt zij een benoeming? Een erkenning? Of nog iets daar voorbij? Met deze vragen willen wij aan de slag gaan rond dit werk. Wie zich wenst te engageren voor het seminarie en/of deel wenst te nemen aan het cartel mag steeds contact opnemen met David Schrans (david.schrans@gmail.com).